Ochtendgloren

Wakker wordt ik van het geluid dat een parkerende auto voor de deur maakt. M’n lief komt thuis van een nachtje omvallende apparaten redden. Het is gelukt god zij dank. Anders had heel Nederland zonder stroom gezeten, iets waar ik even niet aan wil denken.
Het is nog vroeg, heel vroeg. Het zonnetje net wakker, de temperatuur nog laag. Een heerlijke ochtend om van te genieten met een goed boek. Nog een paar hoofdstukken dan is “Ik mis mezelf” uit. Een boek geschreven uit het perspectief van een vrouw die de diagnose Alzheimer heeft gekregen. Mijn oma was dement, het boek beschrijft hoe de vrouw het ervaart steeds meer ‘dingen’ niet meer te weten. De angst zichzelf kwijt te raken. Het heeft al heel wat keren voor natte wangen gezorgd, zo mooi!
Een kop koffie voor m’n lief die slapen gaat en eentje voor mij die de tuin opzoekt. De stoelen zijn nog nat, met een handdoek probeer ik er een te drogen. Niet dat dat echt effect heeft, de dauw heeft zich tussen het vlechtwerk genesteld. Ach, kussen erop, dat beetje vocht verdwijnt wel weer. Ik kruip er lekker in weg, geen ander geluid dan vrolijk twitterende musjes en zingende merels. In de verte af en toe het busbaanbelletje van de oversteekplaats en het geluid van een overkomend vliegtuig. Meneer meeuw vliegt al kaaiend over, ook hij is wakker. Het is nog fris, heerlijk! De warmte van later op de dag zal mij niet zo kunnen bekoren weet ik uit ervaring.
Onze kat vind het interessant, samen zo vroeg naar buiten. Niet in de schaduw zoals ik, hij zoekt een plekje achter in de tuin. Op de stoel tussen het groen in de zon. Lang zal hij het er niet vol gaan houden, Maar net lang genoeg om hoog boven de pracht van onkruidbloemen het vliegend volk bestuderen dat zich van bloem naar bloem begeeft.
Leven in huis. De jongste en de een na oudste vertrekken. Hij voor werk, zij voor vakantie. Samen dezelfde richting op. Ik zwaai ze uit en vraag met af waar de het samen in de auto over zullen hebben. ’t Zal wel goedkomen.

DSC_1587

 

Terug in de tuin vouw ik me weer in de stoel met kussens. Het riet is inmiddels opgedroogd, m’n koffie koud geworden. Dat laatste deert niet, ik drink wel vaker koude koffie. Achter in de tuin geluid, Meneer De Cock is actief geworden. Met zijn poten maait hij door de lucht om tegen beter weten in proberen een vliegje te vangen. Mis, mis, mis, ze zijn hem telkens te vlug af. Sip blijft hij een tijdje kijken wat er zich boven zijn hoofd afspeelt. Het zonnetje wordt hem te warm en hij verdwijnt in de koelte van de tafel.
Achter mij kijkend zie ik de druif. Die zit dit jaar vol trosjes, overvol met trosjes. Eigenlijk moet het teveel eruit geknipt worden, ik weet het. Deze mooie druif is naar ons toegekomen, de stam staat bij de buren. In de afgelopen jaren heeft hij zich tussen de planken van de schutting gewurmd en hier zijn takken gehangen. In onze tuin leidt de begroeiing zijn eigen leven, het meeste uit vrije wil. De vogels genieten er van alles dat er hangt aan eetbare waar. Ze mogen hun gang gaan. Net als de druif, de bessen rood en wit, de frambozen en de bramvozen. Bramvoos, zo hebben we de struik gedoopt die eigenlijk de naam Japanse wijnbes draagt. Een bes die lijkt op een braam, zich laat plukken als een framboos en smaakt naar een kruising tussen beiden. Toen we hier kwamen wonen kregen we een stek. Deze verdween maar een paar jaar later kwamen er op verschillende plekken nieuwe planten. Ieder jaar eten we de heerlijke bessen die de vogels voor ons overlaten.

Inmiddels schijnt de zon niet meer alleen op de Vuurtoren van Dudok die de schuurdeur versiert. Ook de uitpuilende houtstapel ernaast wordt verlicht door de zon. De schaduwletters waardoor eerst ‘t Paaschduin dubbel op de schuur geschreven stond worden langer en zijn niet echt meer leesbaar. Voorzichtig krijgen de schelpen op het stranddoek meer kleur, Geranium en Petunia kleuren het geheel paars en rood, missend is hier nog het blauw van Slangekruid. Ik ben benieuwd of deze wilde duinplant zich hier op het zand van de polder zal willen settelen. Mooi klusje voor volgend voorjaar (en anders is er altijd de foto nog).
De wereld onder de grond begint te leven. Boven gekomen zoeken de mieren hun weg. Mijn benen zijn erg interessant merk ik. De Gemeentelijke schoonmaakdienst op straat aan de voorkant van het huis verstoort de rust. Het betoverde moment is verbroken. Tijd om te gaan douchen, een nieuwe dag is begonnen.

This entry was posted in Belevenissen. Bookmark the permalink.

Comments are closed.